Introductie tandarts-geriatrie Anna Kroese

Introductie tandarts-geriatrie Anna Kroese

In 2021 is er wederom een tandarts toegetreden tot het register tandarts-geriatrie, namelijk: Anna Kroese. Lees hieronder het verhaal van Anna Kroese in haar eigen woorden:

"Na mijn studie tandheelkunde aan het Academisch Centrum Tandheelkunde Amsterdam (ACTA, 2011) ben ik eerst fulltime als algemeen practicus werkzaam geweest. Het was fijn om me volledig te kunnen richten op het ontwikkelen als tandarts, maar na een aantal jaar vond ik het tijd voor wat afwisseling. In 2017 begon ik daarom parttime aan een promotietraject op ACTA. Daarnaast bleef ik in de algemene praktijk werken, maar ook in het klinische werk zocht ik een manier om mij verder te kunnen ontwikkelen. Het sociale aspect van de tandheelkunde heb ik altijd erg leuk gevonden en ik merkte dat ik graag meer tijd zou nemen voor de wat oudere patiënt, maar dat die tijd er in de algemene praktijk niet altijd was. In combinatie met interesse in de medisch-tandheelkundige interactie lag een differentiatie tot tandarts-geriatrie voor de hand. Toen in 2018 een vacature voor tandarts-geriatrie in opleiding bij de Stichting Bijzondere Tandheelkunde (SBT) voorbij kwam, was de keus om te solliciteren snel gemaakt."

Opleiding

"Ik ben tevreden met mijn keus om de differentiatie tandarts-geriatrie te volgen. Waar sommige differentiaties de focus leggen op een specifieke tandheelkundige behandeling, komt bij de geriatrische tandheelkunde juist het sociale aspect sterk naar voren, terwijl de variatie in tandheelkundige behandelingen breed blijft. Zeker in het begin was het opstellen van een mondzorgplan soms wel een uitdaging. Er komt casuïstiek voorbij die je in de algemene praktijk maar zelden tegenkomt, waarbij je behalve een complexe gebitssituatie ook rekening moet houden met bijvoorbeeld fysieke of cognitieve achteruitgang van de patiënt. Daarbij komt nog dat vaak anderen betrokken zijn bij beslissingen over het behandelplan, bijvoorbeeld omdat familie erg betrokken is en de oudere patiënt ondersteunt bij het maken van keuzes, of omdat de patiënt zelf wilsonbekwaam is en een wettelijk vertegenwoordiger uiteindelijk beslist. Door de combinatie van al deze aspecten is het heel fijn om tijdens de opleiding ondersteund te worden door een praktijkopleider. Ook heel waardevol vond ik het contact met de andere tandartsen die in opleiding zijn. Door de verschillende onderwijsdagen, trainingsdagen, masterclasses en supervisie zie je elkaar meerdere keren gedurende het jaar. Behalve dat je tijdens deze dagen veel kennis opdoet, is het ook heel fijn om ervaringen uit te wisselen. De trainingsdag waarbij casuïstiek wordt gepresenteerd door de tandartsen-geriatrie in opleiding vind ik hier een mooi concreet voorbeeld van; het is heel zinvol om te zien wat voor casuïstiek anderen tegenkomen, tegen welke vragen zij aanlopen en om daar vervolgens met elkaar over na te denken."

Portfolio

"Met mijn promotieonderzoek en patiëntenzorg had ik al vijf dagen in de week gevuld, dus opleidingsactiviteiten zoals het schrijven van het portfolio kwamen daar nog naast. Gelukkig kreeg ik voor het onderzoeksgedeelte van de opleiding vrijstelling vanwege mijn promotieonderzoek, dus dat scheelde veel tijd. Op het schrijven van het portfolio heb ik mij wel erg verkeken; dat is nog een hele klus. Per casus ben je flink wat tijd kwijt en dan is een totaal van 10 best veel! Het is wel ontzettend leerzaam om eens kritisch naar je eigen handelen te kijken en te reflecteren op een behandeltraject en de daarbij gemaakte keuzes."

Onderzoek

"Ik heb voor mijn promotietraject klinisch onderzoek gedaan naar verschillende orofaciale aspecten – met name het kaakgewricht, parodontitis en de orale microbiologie – bij patiënten met vroege reumatoïde artritis en bij mensen met een verhoogde kans om reumatoïde artritis te ontwikkelen. Inmiddels zijn daar verschillende publicaties uit voort gekomen en op dit moment ben ik bezig met de afronding van mijn proefschrift."

Toekomst

"Tijdens mijn opleiding heb ik alleen bij SBT patiëntenzorg verleend. Alhoewel dat een hele prettige omgeving is, met bijvoorbeeld gemakkelijk overleg met tandartsen vanuit een andere differentiatie, is de patiëntenpopulatie in bepaalde zin wel beperkt. Ik ben een enkele keer op huisbezoek geweest, maar je ziet toch vooral patiënten die nog in staat zijn om naar SBT te komen. Ik zou daarom graag in de toekomst ook werkzaam zijn in het verpleeghuis. Daarnaast lijkt het mij leuk om betrokken te blijven bij onderzoek en misschien ook bij te dragen aan onderwijs. Het zou natuurlijk fijn zijn als nog meer tandartsen kiezen voor de differentiatie, want het zijn er nog lang niet genoeg. Maar ik denk dat er ook nog een hoop te winnen valt in de algemene praktijk. Zodat daar de juiste zorg geboden kan worden, juist ook tijdens de periode van beginnende kwetsbaarheid en afnemende zelfredzaamheid, waar patiënten nu soms nog uit het oog verloren raken. Het is belangrijk dat hier voldoende aandacht voor is in de basisopleiding en het lijkt me mooi om hier in de toekomst een bijdrage aan te kunnen leveren."